Muizenissen

Mijn vrouw heeft vaak gelijk maar ik nét iets vaker ….
Natuurlijk geeft zij mij in die bewering geen gelijk maar omdat ík degene ben die het opschrijf, heb ik het laatste woord en kan ik het gelijk aan mijn kant zetten. Wij noemen dat meningsverschillen en onze kinderen noemen dat ruzie.
Maar zoals ik al zei, mijn vrouw heeft vaak gelijk alleen heb ik er ontzettend veel moeite mee om dat direct toe te geven. Uiteindelijk wel, alleen gaat er dan vaak nogal wat tijd overheen en toegegeven, dat is niet leuk voor degene die het gelijk aan zijn/haar kant had. Als een echte echtgenoot heb ik haar ook wel eens direct gelijk gegeven maar dat doe ik dan meer om van het ‘gezemel’ af te zijn. Niet eerlijk, want stel dat mijn buurvrouw hetzelfde zou vertellen dan zou zij een luisterend oor (en ogen) van mij krijgen, simpelweg omdat dat een vorm van respect is. Heb ik dan geen respect voor mijn vrouw? Tuurlijk! Maar omdat zij heel dicht bij mij staat durf ik haar veel meer te zeggen. En omgekeerd geldt dat natuurlijk ook. Het komt alleen wel respectloos over en daarom moet je volgens mij in een huwelijk elke dag weer knokken om respect te tonen. Dan zou ik bijvoorbeeld haar elke dag mee uit eten kunnen nemen en daarna met haar een musicalletje pakken, maar daar hebben we de centen niet voor. Daarom doe ik dan extra mijn best om lekker te koken en zij doet dat door bijvoorbeeld steeds met de kinderen naar zwemles te gaan omdat ik daar nooit zoveel zin in heb. Om even door te gaan over die zwemlessen, het lijkt er op dat Sven voor zijn B diploma mag afzwemmen omdat hij nu al twee lessen achter elkaar door het irritante gat is gezwommen….Maar dit even terzijde, want te vroeg juichen wil ik niet.
Ander voorbeeld over ‘gelijk geven’. Zondagavond is tegenwoordig ‘Boer zoekt vrouw’ avond. Niet ‘On ice’ maar gewoon in een weiland of koeienstal. Om half negen liggen alle kinderen gewassen en gestreken op bed en zit mijn vrouw op de eerste rij voor de buis. Prima. Doe ik niet moeilijk over want dan kan ik lekker achter mijn computer kruipen. Maar dan begint het: eerst komt Youri naar beneden want er zit een mug in zijn kamer. Dan rijst de vraag wíe er van ons naar boven gaat voor de missie ‘kill the mug’. Zuchtend geef ik toe en doe mijn plicht door de mug te elimineren, onderwijl Youri verwijten toe slingerend waarom hij het zélf niet doet. Vervolgens kruip ik weer achter de computer en dan wordt mij vriendelijk, doch dringend, verzocht of er nog een glaasje ingeschonken wordt. Ook dan sta ik weer op en doe mijn plicht. Ik heb daar in principe geen problemen mee. Maarrrrrrrrrrr…dan komt het: “Ar! Kijk! Ze zoenen!” of deze: “Wie denk jij dat hij kiest?”
Tja, en dan knapt er iets bij me, sla ik op tilt en moet ik minstens tot honderd tellen om mezelf weer onder controle krijgen. Van mij part kiest hij een koe, het zou mij een zorg wezen. Maar dat zeg ik niet want dan slaap ik die nacht op de bank. Daarom is dát dus zo’n moment dat ik haar direct gelijk geef, dat ik helemaal met haar op één lijn zit. De enige manier om er maar zo snel mogelijk van af te zijn. Maar het heeft ook voordelen hoor, dat gekissebis. Want ik heb daarna weer een stukkie voor de Dorpsketting!
Arjen Veldhuizen