Marjolein de dierenvriendin
Ze komt me op haar erf met een brede glimlach tegemoet lopen, Marjolein Steenstra. Beter bekend als Marjolein de dierenvriendin. Ze draagt een groene overall, haar warrige krullen waaieren uitbundig onder haar muts vandaan. Haar welkom klinkt hartelijk. Met kordate gebaren zet ze het hek wagenwijd open zodat ik mijn autootje achter het huis kan parkeren. ‘Ik was nog even met de koeien bezig.’ Ze rommelt wat met een slang en tapt een schaaltje water voor de konijnen. Ze heeft er twee. Het konijn dat ze van Eric, haar partner, voor haar verjaardag kreeg, haalt ze uit zijn hok. Liefdevol aait ze het over zijn donkerbruine velletje. Het lijkt wel fluweel, zo zacht. We drentelen wat over haar erf en staan een tijdje naar haar runderen te kijken. Mooie massieve dieren met lange hoorns. Ik maak kennis met nog een heleboel andere dieren. Over haar schapen zegt ze: ‘Ik zou ze zo graag laten lammeren maar ik weet nog niet of ik dat wel zal doen want ik kan niet alle lammetjes houden. Het gaat me zo aan mijn hart als ik ze weg moet doen’. Maar áls er dieren wegmoeten dan graag naar een fatsoenlijke slachterij. Vrijwel alles in Marjolein haar leven draait om dieren. Maar ook het milieu en voedselveiligheid zijn thema’s waar ze mee bezig is. Bij alles zet ze vraagtekens, voor haar is bijna niets in dit leven vanzelfsprekend.
Marjolein is een onderhoudende gastvrouw. Voorkomend als ze is, heeft ze het onderwerp verantwoord voedsel op papier alvast voorbereid. Een paar citaten: ‘Voeding en voedsel zijn heel persoonlijk; je bent wat je eet. Fabrieksmatig bewerkte producten bevatten bestanddelen die nadelig en vervuilend voor het lichaam kunnen zijn. Eigenlijk zou iedereen zich in de E nummers moeten verdiepen. Dan weet je tenminste wat je binnenkrijgt. Kleurstoffen zijn ook van die belastende bestanddelen. Voor de één zijn ze slechter dan voor de ander. Hyperactief kun je er van worden of agressief. Beroemd en berucht is ve tsin; daar zijn veel mensen allergisch voor.’
‘Een aantal E nummers (o.a. vitamines) wordt met behulp van genetisch gemanipuleerde bestanddelen gemaakt. Soja en maïsproducten zijn ook niet helemaal zuiver op de graad. De mensen moeten eens een beetje logisch nadenken: een kropje sla in de winter, dat kan toch niet! Dat wordt met alle macht uit de kassen gesleurd.’
‘Biologisch voedsel heeft een hoge energiewaarde, hoger dan regulier geteeld voedsel. Dat wordt gemeten op de Bovis schaal die ontwikkeld werd door twee Franse wetenschappers. Veel mensen hebben daar geen boodschap aan, maar als je een beetje bewust wilt leven dan loop je tegen dit soort dingen aan.’
Natuurlijk heeft ze ook aantekeningen gemaakt over de biologische boer. ‘Die gebruikt drijfmest of stalmest voor de vruchtbaarheid van het land en bestrijdt onkruiden door ze met de hand te verwijderen. Zijn dieren lopen meestal in een
potstal. Dat is een grote ruimte met stro op de grond. Ze hebben ook weidegang. Vaak hebben die dieren een goede weerstand maar ze zijn jammer genoeg wat minder productief dan de regulier gehouden dieren. Biologisch boeren is behoorlijk arbeidsintensief. Daarom is biologisch eten zo duur.’
Marjolein woont samen met Eric. Hij is haar houvast in het leven. Over hem zegt ze: ‘Ik waardeer hem vooral omdat hij zo lief is voor dieren. Hij kan genieten als hij in de tuin een vogeltje ziet’. Mensen hebben haar teleurgesteld. ‘Dieren pesten je niet; die nemen je gewoon zoals je bent.’ Fel zegt ze ‘We hebben dieren in een hok, stal, weiland of park gezet en dus van ons afhankelijk gemaakt. Daarom moet je goed voor ze zorgen en er echt verstand van hebben. Je moet aan de signalen die het dier afgeeft, zien of het wel goed met ze gaat.’ Toch ze is redelijk genoeg om te erkennen dat aan onze westerse manier van dieren houden een heel proces vooraf is gegaan. Vanaf het moment dat mensen een vaste standplaats kozen, veranderde hun omgang met dieren. Dat heeft ook zijn aangename kanten. Zo kan ze aan het verjaardagskonijn haar verhaal kwijt. ‘Bij mensen heb ik vaak het gevoel dat ik niet serieus genomen word. Maar dieren zijn zoals ze zijn. Ze stellen je gelukkig nooit teleur, ze kwetsen je niet en doen zich ook niet anders voor dan ze zijn. Dat is met mensen wel eens anders. Daarom houd ik ook zo van dieren.’
Met nadruk vervolgt ze ‘Het is droevig gesteld met de mensheid. Wij in het Westen zijn vervreemd van de natuur. Echte natuur is er trouwens niet meer, zeker niet in Nederland.’ En over voedsel zegt ze: ‘Voedsel zit niet meer aan de basis van waar we mee bezig zijn. Dat is toch raar? Alles draait om geld en materiële zaken. Mensen jachten en jagen. Ze komen van hun werk, helemaal buiten adem, moeten dan nog eten maken en gooien voor het gemak maar iets in de magnetron. Nou, zo’n apparaat komt er bij mij niet in! Weet je dat je biest nooit in de magnetron mag opwarmen? Die trillingen slaan de celletjes stuk waardoor die prachtige eerste melk die toch zo rijk is aan voedingsstoffen niet meer geschikt is voor de kalfjes. Ze worden er ziek van of ze gaan dood in het ergste geval. Dan ben je toch gek als je je eigen voedsel wél in de magnetron zet! Ja toch?’
(Dat klopt van die biest. Toen mijn dochter een baby kreeg werd haar door de verloskundige op het hart gebonden nóóit moedermelk in de magnetron op te warmen. Het veroorzaakt akelige dingen in de samenstelling waardoor de melk niet meer geschikt is voor de baby.)
In materiële zin gaat het goed met de moderne mens. Maar Marjolein constateert net als vele anderen dat het op een aantal fronten bergafwaarts met ons gaat. Ze wijst op de jongste vernielingen in Stompwijk waarover we hebben kunnen lezen in het eerste nummer van dit jaar van de Dorpsketting. Het is treurig, maar we moeten onder ogen zien dat het botst tussen het moderne materialisme en de moraal. Verontwaardigd: ‘Al die agressie! Volgens mij komt
dat ook omdat kinderen veel te veel rotzooi binnenkrijgen met hun eten. Al die chemische toevoegingen, dat kan gewoon niet goed zijn. Daar worden kinderen maar agressief van. En wat ook niet goed is, is de tijd die ze achter de computer doorbrengen!’ Het is me duidelijk: daar kan weinig goeds van komen.
Marjolein is er de mens niet naar zich daar zonder meer bij neer te leggen. In haar zoektocht naar zingeving verdiept zij zich in literatuur over spiritualiteit. Moeiteloos tovert ze artikelen en boeken over dit onderwerp te voorschijn. Ook zij is op zoek naar nieuwe waarden, nieuwe rituelen, nieuwe vormen van spiritualiteit.
Marjolein is ervan overtuigd dat al het verdriet dat een mens in zijn leven meemaakt zin heeft. Ze gelooft in karma: ‘Ieder mens is met een doel op aarde gezet. Wat ik persoonlijk in dit leven moet leren, is de mensen in hun doen en laten te accepteren. Als ik dat nú niet leer, moet ik het in een volgend leven leren.’
Even later gaat het tóch nog één keer over dieren. Ze heeft wel eens gelezen dat er monniken zijn die het pad voor hun voeten met een bezempje schoonvegen ‘om geen kleine beestjes te vertrappen’. Ik krijg de indruk dat dat zelfs háár een beetje te ver gaat.
Het is tijd om te gaan. Terwijl ik mijn jas aan trek, hijst ze zich weer in haar overall. Onderwijl drukt ze me op het hart toch vooral het nummer te vermelden van de biologische voedingstelefoon. Bij deze dan: 030 – 2339978. Hier kunt u terecht met al uw vragen over dit onderwerp en u kunt er informatie krijgen over cursussen over de relatie voeding en gezondheid.
Thea Ambagtsheer