Muizenissen

Afgelopen week is onze werkster begonnen. Of moet ik ‘Interieurverzorgster’ zeggen..De jaloerse blikken her en der in de straat wist ik te ontzenuwen door te zeggen dat we gedwongen waren om een werkster aan te nemen. Mijn vrouw is namelijk van twee dagen, vier dagen gaan werken. Niet omdat ze het zo leuk vindt maar omdat het moest van de regering. Ja, van de regering want die laten maar toe dat alles zo duur aan het worden is. Onze kinderen zijn gelukkig nog nét geen sleutelkinderen geworden maar we zitten er wel tegenaan te hikken. Dus over een tijdje is het uit school komen en genieten van een bakkie thee met een kaakje echt verleden tijd. Ik hou mijn hart vast want dan zijn ze aan de Goden over geleverd. Dan gaan ze de straat op en gaan ze sissen naar voorbijgangers of ze gaan hangen bij de plaatselijke Supermarkt. Of nog erger, ze bedreigen een scooter eigenaar of nemen de hele bedreiging op met hun mobiele telefoon, onderwijl dom lachend en vóóral niet ingrijpend. Maar goed, zover is het gelukkig nog niet. Onze werkster heet Melissa maar ik noem haar Saartje. Dat komt omdat ik ben opgegroeid in de tijd van Swiebertje. Na een bakkie thee ging ze direct aan de slag. Ze leegde de vaatwasser, streek de was, dronk een bakkie met ons, pakte van mij de aardappelen af want zíj wilde ze schillen, at gezellig mee met ons en maakte als toetje ook nog even de koelkast schoon. Ze deed mij denken aan de tijd dat er bij ons nog wel eens een kraamverzorgster door het huis liep. Dat was een gezellige tijd. Vooral de middag want dan moest Moeder en kind rusten en in de meeste gevallen vond ik dat ik daar dan ook recht op had, dan kroop ik op de bank en genoot van de rust. Ondertussen rommelde de kraamverzorgster gezellig door ons huishouden heen of ze schreef haar dagrapport aan de eettafel (‘De hele familie ligt te meuren!’). Ja, ik ben snel gelukkig. En helemaal met zo’n werkster die wij nu hebben! Want toen ze klaar was ging ze ook nog even gezellig mee naar het voetbalveld om naar onze jongste zijn verrichtingen te kijken. Aan het eind van de middag zetten we haar op de Randstadrail naar Zoetermeer en zwaaiden we haar met het hele gezin uit. Met vochtige ogen.. Niet omdat ze ook mij veel werk had bespaard die dag, de vaatwasser legen en de aardappels schillen zijn meestal taken die ik uitvoer, maar gewoon omdat ze zo snel in ons gezin opgenomen werd. Maar ook omdat ik blij ben met de status ‘gezin met hulp in de huishouding’, zoiets doet het altijd goed in vriendenkring en op de werkvloer. Maar mijn vrouw roept mij dan tot de orde en zegt dat ik niet zo moet overdrijven. Saartje is niet onze werkster maar een stagiaire én nichtje van ons. Van haar school moest ze op zoek naar een gezin met kinderen alwaar zij dan enkele dagen mee zou draaien in het huishouden. Ik rekende mijzelf weer eens rijker dan ik ben. Ze komt nu nog ’n keer of vijf terug en omdat ik liever lui dan moe ben, ben ik al begonnen met een lijstje werkzaamheden voor haar: de schuur opruimen, de kettingkast van Sven’s fiets maken, behangen en verven in enkele slaapkamers.. Dat lijstje heb ik verstopt, onder mijn toetsenbord, want mijn vrouw mag dat niet zien. Want dan heeft ze direct een stok om mee te slaan, wrijft ze mij de rest van het jaar dat lijstje onder míjn neus. En daar zit deze Swieber absoluut niet op te wachten!
Arjen Veldhuizen