* Voortgangsrapportage reconstructie glastuinbouwconcentratiegebied Stompwijk
Het college heeft de voortgangsrapportage behandeld voor de reconstructie van het glastuinbouwgebied Stompwijk. Geconcludeerd wordt dat met de besluit vorming rond het streekplan Zuid Holland West en het bestemmingsplan Landelijk Gebied een planologische basis is gecreëerd voor een herontwikkeling van het tuinbouwconcentratiegebied in de Meeslouwerpolder en de sanering van verspreid liggende tuinbouwbedrijven ten oosten van de Rijksweg A4.Voor het reconstructiegebied heeft de gemeente in overleg met de tuinderorganisatie WLTO een nieuw toekomstperspectief op hoofdlijnen opgesteld, dat ook als basis kan fungeren voor delen van de planherziening van het bestemmingsplan Landelijk Gebied. Omdat de procedure van planherziening enige tijd zal nemen heeft het college vandaag besloten om de provincie te vragen om op specifieke onderdelen medewerking te verlenen. Het gaat hier om de wijziging van de contouren voor groen en natuurontwikkeling in de Meeslouwerpolder, een flexibele hantering van bouwvlakken voor tuinbouwkassen binnen de contouren die door de gemeente zijn omschreven en het gebruik van percelen voor groene bestemmingen of woondoeleinden.

* Voortgangsrapportage Ruimte voor Ruimte Stompwijk
Het college heeft kennis genomen van de voortgang in de onderzoeken/de resultaten in het kader van de provinciale Nota Ruimte voor Ruimte en ingestemd met de vervolgstappen. Met de vaststelling van het streekplan Zuid Holland West in het voorjaar van 2003 heeft de gemeente alsnog de mogelijkheid gekregen voor een herstructurering van de glastuinbouw in het concentratiegebied Stompwijk. Daaraan is echter de voorwaarde gekoppeld, dat de gemeente overgaat tot een verplaatsing c.q sanering van verspreid liggende tuinbouwbedrijven in het buitengebied. De gemeente heeft vervolgens een verkenning gestart naar de mogelijkheden voor reconstructie en de financiële aspecten. Daarbij is rekening gehouden met de nieuwe provinciale beleidslijn ´Ruimte voor Ruimte. Deze regeling biedt gemeenten beperkte mogelijkheden voor de ontwikkeling van kostendragers, wanneer zij in hun buitengebied overgaan tot het saneren van verspreid liggende tuinbouwbedrijven. Inmiddels kan na een ruime verkenning worden geconcludeerd dat verplaatsing en sanering van de verspreid liggende bedrijven een forse investering vergt. Extra middelen vanuit de gemeente zijn niet beschikbaar. De gemeente wil eerst zeker weten of er voldoende kostendragers voor de kostendekking zijn. De beoogde kostendekking zal aan een haalbaarheidstoets worden onderworpen, waarbij onderzocht zal worden of de verspreid liggende bedrijven daadwerkelijk met de door de gemeente voorgestane strategie verplaatst c.q gesaneerd kunnen worden. Het college zal in de tweede helft van dit jaar aan de hand van de komende nota Ruimte van de minister van VROM een visie formuleren met betrekking tot de mogelijkheden van het buitengebied. Verder zal er afstemming plaatsvinden met de betrokken tuinders.