College nieuwsflits Leidschendam-Voorburg 6 juni

Bestemmingsplan Vlietland noordoost 2005
Het college heeft ingestemd met het bestemmingsplan Vlietlanden noordoost 2005. Het college is tevreden dat dit ingewikkelde planproces, na vele jaren, door samenwerking van de betrokken partijen zijn afronding nadert. Het proces van dit bestemmingsplan is opgestart door het college van de voormalige gemeente Leidschendam. In 1998 is destijds door de Tweede Kamer een motie aangenomen (Motie Verbugt) die ruimte biedt voor gebiedsondersteunende bebouwing in bufferzones. Volgens deze motie mag 2% van het gebied dat is aangewezen voor intensieve recreatie bebouwd worden. Op 13 maart 2000 heeft de minister van VROM kenbaar gemaakt onder voorwaarden in te stemmen met het plan voor verdere inrichting van Vlietland. Vervolgens is het voorontwerp bestemmingsplan Vlietland en Leidschendammerhout opgesteld, welke in 2000 en 2002 inspraak en overlegtrajecten hebben doorlopen. Uiteindelijk is besloten om een nieuw ontwerpbestemmingsplan op te stellen voor het nieuwe ontwikkelingen voorzien. De in 2002 ingediende zienswijzen op het ontwerpbestemmingsplan, welke betrekking hebben op het plandeel zijn in het nieuwe bestemmingsplan meegenomen.
Op 21 december 2004 heeft het huidige college ingestemd met het ontwerp bestemmingsplan. Vervolgens heeft het ontwerp bestemmingsplan van 14 januari tot en met 10 februari 2005 voor een ieder ter inzage gelegen. Op 25 april heeft de commissie Openbaar gebied een hoorzitting gehouden. De zienswijzen hebben voornamelijk betrekking op de volgende aspecten: (mogelijke) aantasting natuur (flora en fauna), de behoefte aan verblijfsrecreatie, economische uitvoerbaarheid en openbare toegankelijkheid van het gebied. Eind jaren ´80 aanleiding is onderzocht of door toevoeging van nieuwe sport , recreatie, en verblijfs voorzieningen een verlenging van het seizoen en daarmee een verhoging van het maatschappelijke rendement zou kunnen worden gerealiseerd. In de nieuwe situatie worden mogelijkheden gecreëerd om het gebied gedurende het gehele jaar intensiever te benutten. Hiertoe wordt een bijdrage geleverd noordoostelijke plandeel Vlietland. In dit gedeelte zijn namelijke de door de verblijfsrecreatie zoals recreatieappartementen en woningen en door dagrecreatieve voorzieningen die het hele jaar kunnen worden benut. Het gaat daarbij om oa. tennisbanen, speeleilanden, golfvoorzieningen. Deze ontwikkeling gaat gepaard met een gering verlies aan ruimte van het extensieve dagrecreatie. De reden hiervoor is dat de het merendeel van de voorzieningen komen op gronden waarvan is gebleken dat deze niet of nauwelijks gebruikt worden.
De inrichting van Vlietland voor dagrecreatie wordt echter geïntensiveerd, zodat de capaciteit behouden blijft of zelfs uitgebreid. Dit komt tot uitdrukking in de verbeterde toegankelijkheid van de oevers, uitbreiding van stranden, verbetering van de fiets en wandelroutes, toevoeging van horeca, een avontureneiland en toevoeging van mogelijkheden voor actieve sporten. Dankzij het toevoegen van recreatiewoningen worden opbrengsten gegenereerd die onder meer ten goede komen aan de dagrecreatie. Door het creëren van een deugdelijke economische basis is de toegankelijkheid van Vlietland voor de dagrecreatie ook in de toekomst gewaarborgd. Voor de flora en fauna is een uitgebreid onderzoek uitgevoerd. Daaruit is geconcludeerd dat dit deel Vlietland van relatief geringe ecologische betekening is. Dit neemt niet weg dat in het bestemmingsplan onder andere is opgenomen dat er moet worden zorggedragen voor een goede landschappelijke inpassing en dat het gebied door een groen en waterrijke inrichting zijn ecologische functie kan behouden. De plannen voor Vlietland passen in de Strategische Visie, welke onlangs is vastgesteld. Hierin staat dat Leidschendam Voorburg een groene, woongemeente wil zijn. De gemeente wil werken aan een centraal natuur en landschapspark in het buitengebied waar ruimte is voor recreatie. Het bestemmingsplan wordt naar verwachting op 21 juni 2005 behandeld in de raadscommissie OG en na de zomerperiode in de gemeenteraad.