Vanuit Stompwijk gaan we naar RIO…

En hoe, vanuit ons eigen airport B.L.M. konden we op diverse manieren naar RIO toe. Wij hadden onze eigen RIO-Express gebouwd, dus een comfortabel vliegtuig met dank aan Theo v.d.Bosch en Wout Brugman. Onze thuishaven is normaal bij Peet en Angelique van Leeuwen, maar was tijdelijk bij Van der Haar. Afgelopen zaterdag taxieden we eindelijk met piloot Ron van der Salm, met tussenstop voor een heerlijke lunch bij Cock Luiten (veel beter dan je in menig vliegtuig voorgeschoteld krijgt) naar onze startbaan bij Scheria. Daar was het al een heel spektakel, er liepen pinguïns en ijsberen, maar ook een hoop Ma-Rio’s , gele kanaries en een prachtige rups, Copa Cabana was nagebouwd, het Corcovado beeld en nog heel veel meer al dan niet exotisch.

We moesten wachten op de politie, bijna zoals altijd zou ik zeggen, maar er was zoveel te zien, dat dat niet zo’n groot probleem was. Misschien wel voor de wachtenden langs de kant, maar als ik vanaf de kar naar beneden keek, dan had iedereen wel een versnapering bij de hand om zich warm te houden. Wij hadden het in ieder geval niet koud aan boord, we hadden dan ook een geweldige brass-band (echt WOW), die ondanks dat ze een kar jonge meiden verwachtten, toch ook ons lekker uit ons dak lieten gaan. Met een glühwein en portje erbij werd het op een gegeven moment gewoon RIO-temperatuur aan boord. De jury vond andere karren mooier en de keus wordt ook steeds moeilijker natuurlijk, maar ik vind nog steeds dat we een top prestatie neergezet hebben meiden. Het zag er erg kleurrijk uit, zoals in het echte RIO. Dus volgend jaar gewoon weer toch. Iedereen bedankt voor de hulp, want helemaal zonder mannenhulp lukt het ons gewoon niet, dat wil ik best toegeven.

Vanaf deze plaats wil ik Cocky B., Petra O., Carmen O. en Bep L. sterkte toewensen namens alle Oud-Prinsenvrouwen. Hopelijk zijn jullie er snel weer bovenop. Nog een fijne laatste dag, Prins, Page, Opper, Raad, Oud-Prinsen met alle ouderen op dinsdagmiddag en met alle anderen op dinsdagavond.

Tot volgend jaar,

Ria Luiten