Melkveehouders draaien ‘heel goed’ eerste halfjaar met hooiberghutten

Een twintiger met rolkoffer is een opvallende verschijning op de smalle plattelandsweg in de polder bij Zoetermeer. Hij heeft met vrienden overnacht in een van de hooiberghutten van Arjan en Yvonne Berg. ‘Het loopt boven verwachting goed.’

Een keukentje, vijf (stapel)bedden, een douche en een toilet op 20 vierkante meter. De twee hooiberghutten aan de rand van het erf van de melkveehouderij van Arjan en Yvonne Berg in het Zuid-Hollandse Stompwijk doen het meest denken aan riante, kleurig aangeklede trekkershutten.

Terwijl Yvonne Berg het beddengoed afhaalt, vermaken twee Franse meisjes uit de andere hooiberghut zich goed. Uitgelaten rennen ze achter elkaar aan op het erf. ‘Voor veel kinderen is dit de eerste keer dat ze op een boerderij komen. Ze kijken hun ogen uit’, glimlacht Berg.

Vrijdag is de wisseldag voor de gasten. Anderhalf uur rekent de recreatieboerin voor het schoonmaken van de locaties. Deze keer zal dat langer duren, want de gasten hebben de afwas op het aanrecht laten staan. ‘Dat snap ik echt niet’, verzucht ze.

Het tweetal nam vijf jaar geleden het bedrijf van Arjan Bergs ouders over. Al een tijd lang liepen ze met ideeën voor een recreatietak rond. ‘Het mooie aan deze hutten is dat alles erin zit, terwijl je wel een kampeergevoel hebt. Bovendien blijven we baas op ons eigen erf met dit concept. Er zit geen commercieel bedrijf tussen’, beredeneert Yvonne Berg.

Sinds januari ontvangen de melkveehouders vakantiegangers. Iets wat Arjan Berg toen hij in maatschap ging met zijn ouders nooit had kunnen bevroeden. Groeien met het aantal koeien was zijn idee. In 2012 bouwden ze een stal voor 110 koeien en investeerden ze in twee melkrobots. Daarvoor molken ze nog in een grupstal. ‘We wilden van 380 ton melkquotum naar 1 miljoen ton. Het fosfaatbeleid en de regels rond grondgebondenheid zetten hier een streep doorheen, het was moeilijk rond te rekenen’, verklaart Berg.

Om op een andere manier meer inkomsten uit het bedrijf te halen, legden de ondernemers na de bedrijfsovername driehonderd zonnepanelen op het dak van de ligboxenstal.

Geschrokken van energieverbruik

‘Ik schrok me rot van het energieverbruik, zo’n 60.000 kilowattuur per jaar. We hebben dat terug kunnen brengen naar zo’n 50.000 kilowattuur. We investeerden in warmteterugwinning en voorkoeling. De aanleg van zonnepanelen vond onze adviseur niet zo’n goed plan. Hij vroeg zich af of het rendabel zou zijn. Maar wij konden de terugverdientijd halveren, doordat we subsidie kregen via de jongelandbouwersregeling. En nu houden we er geld aan over. De stroomprijs schiet door het dak’, zegt Berg.

Met de opbrengsten uit de zonnepanelen en de overwaarde van hun verkochte woning in Stompwijk, financierden de ondernemers de twee hooiberghutten. Over de investeringskosten willen ze liever niets kwijt. Ze kregen voor het realiseren van de hutten € 20.000,— POP-subsidie.

Hooiberghutten terugverdienen

De Zuid-Hollandse melkveehouders verwachten de hooiberghutten over drie tot vier jaar te hebben terugverdiend. Een overnachting kost € 75,— per nacht, exclusief de huur van bedlinnen en handdoeken. Toeristen moeten minimaal twee nachten boeken. De ondernemers willen de prijzen volgend jaar wel wat verhogen. ‘We zien deze tijd ook als een proefperiode. En met de huidige inflatie is een prijsverhoging ook nodig’, geeft Arjan Berg aan.

Het Zuid-Hollandse stel kijkt terug op een ‘heel goed eerste halfjaar’ met de hooiberghutten. De afgelopen weken en enkele weken in het voorjaar zaten ze alle dagen vol. Ook de weekenden zijn goed bezet. Naast een eigen folder van de hooiberghutten, was het een gouden greep om te adverteren op de onlinemarktplaats Airbnb voor de boeking van accommodaties van particulieren.

Adverteren op Airbnb levert echter wel een ander soort toerist op dan ze hadden verwacht. ‘Wij gingen er vooral van uit dat we Nederlandse gezinnen en wandelaars zouden trekken. Maar nu komen er vooral buitenlanders. Fransen, Duitsers, maar ook Mexicanen en Amerikanen. Zij bezoeken Den Haag, Rotterdam, het strand van Scheveningen en in het voorjaar de Keukenhof in Lisse. Sommigen kijken even in de stal, maar er zijn ook mensen die we helemaal niet zien’, zegt Yvonne Berg. Of ze dat niet jammer vinden? Arjan Berg schudt zijn hoofd. ‘Iedere betalende gast is er een.’

Hoewel Yvonne Berg een toekomst voor hen ziet weggelegd als recreatieboeren in de Zoetermeerse Meerpolder, blijft het bij Arjan Berg kriebelen om meer koeien te melken. ‘Ik wilde na de middelbare agrarische school heel graag naar Friesland. Daar was de grond een stuk goedkoper en konden we nog een slag maken. Maar ook in Noord-Nederland zijn de grondprijzen flink gestegen, dus dat is eigenlijk geen haalbare kaart meer.’

Bron: Nieuwe Oogst

Foto’s: Roel Dijkstra