SJAAK DISSELDORP

Het precieze aantal jaren dat Sjaak Disseldorp bij de Dorpsketting betrokken is geweest, doet er niet zo heel veel toe, vindt hij. Het volstaat te zeggen dat het er veel waren. Sjaak stond aan de wieg van de Dorpsketting, zoveel is zeker, en om en nabij de 25 jaar is hij bestuurslid geweest.

Voorzitter van het eerste uur was Cor Hoogeveen en ook hij heeft het een kwart eeuw volgehouden ‘Maar’ zegt Sjaak ‘je moet niet vergeten Gerard Welp te noemen; hij is degene die met de DK is begonnen.’
Het valt niet mee om Sjaak over de Dorpsketting aan de praat te houden. Hij heeft in zijn leven zoveel dingen gedaan: voetbal, de ponyclub, de loterijclub de Oranjevereniging en de ijsclub. Vooral die laatste twee liggen hem na aan het hart. De Oranjevereniging heeft hij mede opgezet en van de ijsclub is hij voorzitter geweest.
‘Vroeger’ vertelt hij ‘had je nog wínters! Echte strenge winters waarin het vroor dat het kraakte. Dan lag de vaart hier dicht; had je helemaal geen ijsbaan nodig. Natuurijs, dat was er toen nog volop. Het hoefde maar even te vriezen of ik stond op het ijs. Soms zag je het nog een beetje bewegen, maar dat kon me niet schelen, ik wou het ijs op. Ze zeiden wel eens van wees maar voorzichtig straks zak je er door, maar ik wist echt wel of het kwaad kon of niet. Ik bracht de kinderen uit het dorp naar de ijsbaan. Ik moet bekennen dat toen die plannen voor de ijsbaan er kwamen, ik eerst dacht nou, voor mij hoeft dat niet, maar nu is het maar goed dat hij er is; waar moet je anders schaatsen. Goh, vroeger kreeg je ijsvrij van school.’
Vanwege zijn inzet voor de Oranjevereniging heeft Sjaak een lintje mogen ontvangen. Een koninklijke onderscheiding voor zijn onvermoeibare inzet voor de oranje zaak. ‘We hadden in Stompwijk altijd geweldige Oranjefeesten met een zeskamp en zo. Dat kostte natuurlijk geld en dat haalden we bij elkaar met kaartavonden. Klaverjassen doen we nog steeds voor de vereniging, met Kerstmis. Het organiseren van die Oranjefeesten is veel werk hoor. Je moet niet alleen van te voren van alles regelen, maar ook daarna. Dan liepen we met prikstokken de rommel van de straat te ruimen. Maar het was wel altijd gezellig.’
Sjaak houdt van gezelligheid; van mensen en van drukte. Zijn vrouw is daar wat terughoudender in. Niet dat zij niet achter haar man stond hoor, met al zijn bezigheden en besognes. Integendeel, zij mocht er dan wel eens moeite mee hebben als hij alsmaar de hort op was, maar tegenwerken deed zij nooit. Totdat zij beiden wat ouder werden. Toen heeft ze gezegd dat hij nu onderhand wel eens een avondje aan háár mocht besteden. En zo is het ook gegaan; nu gaat Sjaak alleen op maandagavond nog kaarten en dat is het dan wel zo’n beetje.

Maar hoe zat het nou toch met die Dorpsketting, vroeger? Sjaak ‘We hadden hier in Stompwijk een paar verschillende blaadjes; van de kerk en van de voetbal en andere verenigingen. En de winkeliers verspreidden hun eigen advertenties. Toen zijn ze met zijn allen samen gaan werken en dat werd de Dorpsketting. In het begin rouleerden de vergaderingen, zaten we om beurten bij de bestuursleden thuis. Later was het altijd bij Leo Oliehoek. Was altijd heel gezellig, dronken we een borreltje en zo. Ja, waar vergaderden we over… We moesten afwegen tussen redactionele stukjes en advertenties en over hoe we het geld moesten besteden. Nu krijgen de mensen overal geld voor; zitten er zakjes bij de Dorpsketting voor de bezorgers. Vroeger deden ze dat allemaal gratis. Deden we allemáál alles voor niks. Nee, ik heb er nooit een cent voor willen hebben. Sterker nog, het kostte alleen maar geld dat vrijwilligerswerk. Nu krijgen de mensen kilometervergoeding als ze een paar kinderen naar de voetbal brengen. Nou daar hoefde je in mijn tijd niet aan te denken. Tja, de tijden veranderen.’

Behalve de Dorpsketting. Die is al 35 jaar een stabiele factor in Stompwijk. ‘Door de Dorpsketting’ zegt Sjaak ‘blijven we op de hoogte van het nieuws in het dorp.’ En zo is het maar net.
Thea Ambagtsheer