De Passie

‘Bloemen zijn het mooiste wat er is’
Ingrid Verboon

Ingrid Verboon is de eigenaar van Bloemsierkunst de Passie. Zij is de enige mens die ik ken die tijdens het telefoneren, een bloemstuk in elkaar kan steken en tegelijkertijd aantekeningen op een blocnootje kan schrijven. In de tijd dat ik in haar winkel ben voor een interview over het edele vak der bloemsierkunst zie ik haar verschillende bloemstukken maken en diverse boeketten in elkaar steken. De snelheid waarmee ze werkt is indrukwekkend, en de zekerheid waarmee ze het mes in de bloemstelen zet zou een toeschouwer bijna jaloers maken. Kunstig hoe ze de bloemen direct op maat snijdt en precies op de goede plek in de oasis prikt. Opgewekt helpt ze onderwijl de klanten of beantwoordt de telefoon.

Een heerlijk vak
Altijd een goed humeur? ‘Best wel’ zegt ze ‘ik heb gewoon een heerlijk vak waar ik alles in kwijt kan. De winkel is mijn lust en mijn leven en bloemen zijn het mooiste wat er is. Ik koop ze om de andere dag vers in en dat wat ik overhoud, gaat in de afvalbak. Dat gaat me wel eens aan mijn hart, maar ja, ik heb een naam hoog te houden hè. De Passie bestaat nu zeven jaar en ik heb er hard voor gewerkt om een goede naam op te bouwen. Die ga ik niet te grabbel gooien door onder de maat te leveren. Kwaliteit gaat boven alles; kwaliteit, service en vakmanschap.’

A en B keuze
‘Kwaliteitsverschil in bloemen zit niet alleen in de versheid’ legt Ingrid me uit. ‘Het zit’m in de lengte van een rechte steel, de kleur van het blad en de omvang van de bloem. Je hebt A en B keuze. De B keuze herken je aan kromme takken, verkleurd blad en een bloem die onder de maat is. Onder B keuze vallen ook de geverfde bloemen. Maar een bloemist kan nóg zulke goede kwaliteit bloemen hebben, als hijzelf zonder talenten is, zijn zijn producten dat ook. De vakkennis en creativiteit van een bloemist maken een wereld van verschil. Ik heb wel eens staan kijken bij iemand die voor een spotprijs bloemstukjes verkoopt. Als je zag hoe hij werkte: hup hup hup, vijf bloemen afgehakt, rechtop in in de oasis gestoken, een tak groen hier en daar en klaar! Het was echt niet om aan te zien en dan denk ik: hoe durft die man het te verkopen.’

Een goede naam
Ingrid heeft echt een goede naam opgebouwd. Het eerste halfjaar in Stompwijk was moeilijk maar daarna ging de winkel lekker lopen. Als een trein mag je wel zeggen. En de halteplaatsen liggen tot ver buiten Stompwijk. Ik weet niet of u op de televisie de herdenking in Den Haag van D day heeft gezien? Bijna alle kransen die daar hingen, had zij gemaakt. De krans van de burgemeester, van de gemeenteraad, en van de belangenorganisaties. In rood wit en blauwe bloemen voorzien van een huisgemaakt oranje lint met opdruk. (Zie www.bloemsierkunstdepassie.nl) En dat zijn niet haar enige wapenfeiten. Ze loopt er niet mee te koop maar Ingrid mag nota’s sturen naar een klinkend rijtje vaste opdrachtgevers: een paar ministeries, het provinciehuis, de Shell, de gemeente Den Haag, Luiten auto’s, Autocentrum Leidschendam, het Blesse Paard, het Mauritshuis. De opsomming is niet compleet maar deze heb ik toevallig onthouden.

Rubens en Rembrand
Vooral dat Mauritshuis! Je zal toch maar als bloemiste uit Stompwijk een van de mooiste musea van Nederland mogen verfraaien. Is het niet fantastisch dat je stillevens staat te schikken naast Rubens en Rembrand? Maar Ingrid blijft er nuchter onder. Ze is er trots op natuurlijk maar om nou te zeggen dat ze het van de daken schreeuwt, nee.

Eigenwijs
Ze mag dan lol hebben in de creatieve kant van het vak, er moet natuurlijk wel gewoon brood op de plank komen. Ingrid maakt lange dagen. Als kleine zelfstandige doet ze alles zelf, van de inkoop tot en met de administratie en alles wat daar voor een bloemist tussen zit. Toch moet ze er niet aan dénken voor een baas te moeten werken: ‘ Daar ben ik te eigenwijs voor’ zegt ze. ‘Ik weet nog dat ik bedrijfsleider was in een winkel in Delft en daar moest ik dingen doen waar ik helemaal niet achter stond. Toen bedacht ik hoe fijn het zou zijn om écht te kunnen doen wat je zelf wilt. Nooit meer ergens toestemming voor vragen. Heerlijk.’
Ingrid wist al heel jong dat ze bloemist wilde worden. ‘Mijn moeder had een grote tuin met heel veel bloemen en daar was ze altijd mee in de weer. Toen zag ik hoe je met niks veel kunt maken. Zo mooi. Ik ging naar de tuinbouwschool in Rijswijk. Hartstikke leuke opleiding. Na mijn stage kwam ik in Den Haag te werken. Een winkel waar wel 200 klanten per dag binnenkwamen. Ik voelde me gewoon een doorgeefluik van bloemen. Maar zo’n ervaring is altijd ergens goed voor; toen wist ik hoe ik het in mijn eigen winkel anders wilde.’

Puzzelen
Ook in het bloemistenvak zit ontwikkeling. De tijd dat je vijf chrysanten als molenwieken uit een vaas liet steken, is voorbij. En terwijl Ingrid de laatste hand legt aan een blauw/wit opgemaakt geboortestukje zegt ze: ‘We zijn niet bang meer om een bloem af te snijden. Vroeger verkocht de bloemist je een bos en daarmee basta. Zeg maar zoals ze nu bij de benzinepomp staan. Nu verkoopt de bloemist zijn bloemen per stuk. Veel leuker toch, vooral als de klant zelf een boeket wil samenstellen. Of als je maar één enkele bloem nodig hebt. De mensen vinden het leuk om hier in de winkel een beetje te puzzelen wat ze zullen nemen. En sinds ik ook wat geschenkartikelen verkoop, is het helemaal leuk om daarmee een combinatie te maken.’ Aha, dat klopt. Ik heb ervaring met een takkenzaag die ik nog niet zo lang geleden door Ingrid op heb laten maken. Ze plaatste de zaag tussen witte en gele bloemen in een metalen mandje en toverde zo een reuze aantrekkelijk cadeau.

Vers
Het is behoorlijk druk met klanten zo op deze doordeweekse dinsdagochtend. Een kersverse bruid komt Ingrid complimenten maken over haar bruidsboeket en vragen hoe ze het ’t beste kan bewaren. Ingrid geeft advies en wurmt onder een stapel folders een boekje met foto’s van bewaarstolpen te voorschijn. Ze doet onderwijl verslag van haar onderonsje met de chauffeur van de bruidsauto die uiteindelijk in zijn schik was met het zuignappensysteem waarmee Ingrid een bloemstuk schadevrij op de motorkap had bevestigd. Een volgende klant wil een boeket in verschillende tinten roze en dat wordt in een ommezientje samengesteld en geschikt. Een andere mevrouw aarzelt van de ene bloem naar de andere. Ze kan maar moeilijk beslissen en maakt zich zorgen over de houdbaarheid. Ze vraagt ‘zijn ze wel vers?’. Nou ja! Dat lijkt me in Ingrid haar winkel een vraag die zichzelf beantwoordt: Tuurlijk zijn ze vers. Kijk eens om je heen! Trouwens, wat zou ze er bij winnen als ze bloemen verkoopt die de volgende dag al verwelkt de vaas uitzakken. Niets toch. Bovendien zou het haar eer te na zijn: Ingrid legt haar ziel en zaligheid in haar werk.

Pluk de dag
Dat dat wel eens uit de hand kan lopen, heeft ze tot haar schande moeten leren. Op een dag liet haar gezondheid het ernstig afweten. Dat heeft haar wakker geschud. Vandaar dat de winkel nu twee middagen per week gesloten is. Niet dat ze dan zit te niksen. Nee, dan doet ze de administratie of ze schikt arrangementen in voornoemde Haagse regionen. Ingrid werkt hard. Keihard mag je wel zeggen. Dat begint vanaf het moment dat ze ’s morgens opstaat tot het moment ze naar bed gaat, om een uurtje of elf ’s avonds. ‘Ronald mijn vriend heeft ook een eigen bedrijf dus we weten waar we over praten. We vullen elkaar mooi aan. Zijn levensmotto is pluk de dag. Maar ja, ik ben een beetje eigenwijs hè. Ik kan moeilijk iets loslaten. Ben altijd bang dat iemand anders het minder goed doet dan ik dus doe ik het liever zelf. Hoewel, mijn moeder komt me op maandag altijd helpen en daar ben ik heel erg blij mee. Mijn ouders hebben me trouwens altijd door dik en dun gesteund. En dan is Anneke er nog, Anneke de Jong. Op haar kan ik blind vertrouwen. Heerlijk is dat. Zonder hun zou ik het niet redden.’

Een passie
Afgezien van de treurige gebeurtenissen in het leven die door bloemen worden omlijst, is bloemen kopen meestal een blije aangelegenheid. Ingrid krijgt achter haar toonbank met allerlei emoties te maken. Die sociale kant van haar vak, maakt het werk wel heel bijzonder. Ze ontleent er veel vreugde aan en dat straalt ze naar alle kanten uit: haar werk is haar passie. Toch ontleent de winkel zijn naam aan een bloem, de Passiflora. Een bloem die een plek nodig heeft in de volle zon: ‘Een warme standplaats’ lees ik in mijn bloemenboek ‘geeft het beste resultaat’. Voor mensen geldt precies hetzelfde. En de bevlogen types onder ons creëren hun eigen warme standplaats om tot het beste resultaat te komen. Ingrid Verboon van Bloemsierkunst de Passie is er zo eentje!

Thea Ambagtsheer