Aanpak onkruidbestrijding Leidschendam/Voorburg
De gemeente Leidschendam/Voorburg past vanaf dit jaar in alle kernen dezelfde methode van onkruidbestrijden toe. Op verhardingen worden via een selectieve methode chemische middelen gebruikt, in beplanting is de bestrijding voortaan volledig mechanisch. Tot nu toe gebeurde de onkruidbestrijding in de kernen Voorburg, Leidschendam en Stompwijk nog op dezelfde wijze als het in de voormalige gemeenten gebeurde. Om tot één werkwijze voor de hele gemeente te komen, zijn de voor en de nadelen van de huidige methoden op een rij gezet en zorgvuldig gewogen, en is een bewuste keuze gemaakt voor een eenduidige methode. Aanvankelijk zou het vastgestelde beleid vanaf 2006 worden toegepast. De afdeling Wijkbeheer is er echter nu al klaar voor om deze werkwijze in te voeren; het college heeft dan ook op 6 april besloten om dit jaar al van start te gaan.
Minder onderhoud
In beplantingstroken en plantsoenen, en rond bomen wordt de onkruidbestrijding geheel mechanisch. In Leidschendam en Stompwijk is deze methode al jaren geleden ingevoerd. Hoewel dat de laatste jaren wel steeds is geminderd, worden in Voorburg nu nog chemische middelen gebruikt; hier maakt de gemeente ook de overstap van chemische naar volledig mechanische onkruidbestrijding. Om met de huidige capaciteit (mankracht en materieel) het gewenste resultaat te halen is het noodzakelijk een deel van de beplanting in deze kern om te vormen naar een beplanting, die minder onderhoud vraagt. Dit ligt met name in het terugbrengen van het aantal plantensoorten. Bij de keuze van de nieuwe beplanting houdt de gemeente uiteraard rekening met de gewenste kwaliteit, de mate van onderhoud en voldoende sierwaarde. De bewoners uit de directe omgeving worden bij de aanpassing van de beplanting betrokken.
Lagere kosten
De voormalige gemeente Leidschendam is bij de bestrijding van onkruid op verharding jaren geleden overgestapt van een chemische naar een mechanische methode. In Voorburg is deze overstap nooit gemaakt en worden nog steeds chemische middelen gebruikt. Binnen de hele gemeente wordt het onkruid straks op selectieve wijze met chemische middelen aangepakt. De belangrijkste redenen om chemische onkruidbestrijding opnieuw in te voeren zijn de lagere kosten. De jaarlijkse kosten liggen zo´n € 25.000 lager.
Daarnaast is gebleken, dat borstelen ook nadelen heeft. Zo verbruikt de borstel machine ongeveer zeven keer zoveel brandstof als bij chemische onkruidbestrijding, komt bij slijtage van de borstels staal in het milieu terecht en kan het borstelen leiden tot schade aan de bestrating.
Biologisch afbreekbaar
Een ander belangrijk punt van overweging is de nieuwste technische ontwikkeling. Er is inmiddels een verfijnde en verbeterde techniek ontwikkeld, die via infrarood licht een selectieve chemische onkruidbestrijding mogelijk maakt. De machine, die met deze nieuwste techniek is uitgerust, laat licht schijnen, dat door het onkruid wordt opgenomen en in de vorm van infrarood licht wordt teruggezonden. Dankzij een sensor op de machine komt het gif uitsluitend terecht op de plek waar het onkruid staat. Door deze verfijnde techniek wordt zestig tot tachtig procent minder bestrijdingsmiddel verbruikt dan bij de traditionele techniek, terwijl het resultaat gelijk blijft. Het bestrijdingsmiddel (glyfosaat) is bovendien biologisch afbreek baar, in tegenstelling tot het middel durion, dat voorheen voor de chemisch bestrijding werd gebruikt. Voor het onkruidvrij houden van de straatgoten langs doorgaande wegen blijft de borstelmachine in gebruik; deze goten zijn niet goed bereikbaar voor de machine van de chemische onkruidbestrijding. De firma Van Gooswilligen voert de selectieve chemische onkruidbestrijding namens de gemeente uit. Deze firma past sinds vorig jaar de selectieve techniek al in Voorburg toe.
