Een mooie begrafenis of crematie helpt bij het ver

‘Een mooie begrafenis of crematie helpt bij het verwerken.’
Kees en Wilma Onderwater

Mederedactielid Marga lanceerde het idee een interview te maken met Kees Onderwater, verzorging begrafenissen en crematies. Zijn naam staat iedere week op pagina 2 van de Dorpsketting, maar, vraagt Marga zich af, wat doet hij eigenlijk als er geen uitvaarten zijn?

‘Ontspannen‘ zegt Kees. ‘Als de administratie gedaan is tenminste. Of ik lees de vakbladen. Ik wil graag op de hoogte blijven van de laatste trends.’ Trends? ‘Ja, er zijn duidelijke ontwikkelingen in het vak. Je merkt dat er minder een taboe rust op de dood. Mensen zijn vrijer en mondiger dan vroeger. Het is niet meer vanzelfsprekend dat nabestaanden een gewone houten kist bestellen. De keuze is groot tegenwoordig, je hebt zelfs Jan des Bouvrie kisten! Er is ook een nieuw systeem van opbaren ontwikkeld. Daarbij ligt de overledene in doeken gewikkeld op een opbaarplank en kan zo worden gecremeerd of begraven.’

Een familietraditie
Kees heeft het uitvaartbedrijf van zijn vader overgenomen. Daarmee ging hij voort in de familietraditie. ‘Mijn opa was koster op Zoeterwoude dus altijd bezig in en om de kerk. Vroeger werden de overledenen meestal thuis opgebaard en mijn opa maakte dan in overleg met de timmerman de kist. Zo is het beroep eigenlijk ontstaan. Ik heb een opleiding tot uitvaartondernemer gevolgd maar via mijn vader heb ik echt alle facetten van het vak geleerd.’
Kees is getrouwd met Wilma en ze trekken voor het bedrijf samen op. Wilma was vroeger verpleegkundige en met name met de sociale aspecten van dat vak kan ze in de uitvaartbranche goed uit de voeten.

Wensen
Zodra ze gebeld worden, gaan ze op pad. Kees: ‘Het eerste gesprek dat je met de nabestaanden hebt, is een oriënterend gesprek. Hoe willen zij de begrafenis het liefst geregeld hebben. Het is in mijn vak belangrijk dat je goed kunt luisteren. Vergeet niet, de achterblijvers zijn vaak min of meer in shock. Toch is het belangrijk dat ze de juiste beslissingen nemen want een mooie begrafenis of crematie helpt bij het verwerken van het verdriet en is een eerste stap in het rouwproces. Je moet in dat eerste gesprek met de achterblijvers in lijn met hun wensen alle mogelijkheden aanreiken die daaraan zo goed mogelijk tegemoet komen.’
Wilma: ‘We vragen altijd toestemming om de overledene te mogen zien. We zullen nooit zomaar handelen. Ik vraag ook altijd of we de overledene mogen aanraken.’ Dan volgt de laatste verzorging. Volgens Wilma willen dochters doorgaans helpen bij het wassen en aankleden van de overledene. Kees neemt de familie, als ze dat willen, de zorgen uit handen omtrent verzekeringen en aanverwante zaken.

Medeleven
Kees: ‘Overledenen blijven vier tot vijf dagen boven aarde; dit is wettelijk zo bepaald. Wil je dat de begrafenis of crematie buiten deze termijn valt dan moet er uitstel worden aangevraagd.
Vroeger bepaalde de pastoor of de dominee veelal hoe de uitvaartdienst moest worden vormgegeven; welke gebeden er werden gezegd en welke liederen er werden gezongen. Er werd weinig inbreng van de familie geduld. Tegenwoordig is dat anders, nu beslissen de achterblijvers dat voor het grootste gedeelte zelf. De mensen zijn vrijer, mondiger. Vooral in de stad merk je dat. Verder zijn stadsbewoners eerder geneigd tot shoppen. Als er iemand in terminale toestand verkeerd, bellen ze drie, vier begrafenisondernemers en bepalen dan met wie ze in zee gaan. De prijs is een belangrijke factor. Bij dorpsbewoners zoals in Stompwijk en Zoeterwoude merk je dat er toch meer warmte is. Het medeleven van omstanders is daar ook groter, lijkt het wel.’

Een netwerk
Als uitvaartondernemer heb je een uitgebreid netwerk van mensen en bedrijven waar je mee samenwerkt: de huisarts, de rouwvervoerder, de kistenfabriek, de dragers, de pastoor of de dominee, het humanistisch verbond, de koster, de bloemist, de drukkerij, in voorkomende gevallen de politie, de catering, hulpverleners en verzekeringsmaatschappijen. Het is aan Kees en Wilma om het hele proces rond een uitvaart goed te organiseren en te begeleiden.
Na de begrafenis of crematie gaat Kees altijd nog een keertje bij de nabestaanden op bezoek. Om de rekening te overhandigen jawel, maar ook om te horen of alles naar hun wens is verlopen en om gewoon een praatje te maken. Als hij merkt dat iemand enorm in de knoop zit, wijst hij de weg in het land van de hulpverleners. Verder stelt hij op aanwijzing van de nabestaanden de tekst voor de dankbetuigingen op en bemiddelt eventueel tussen de familie en steenhouwerijen voor een gedenkteken.

Het nette pak
Al is het midden in de nacht of lopen ze nét bij het tuincentrum, zodra de telefoon gaat, staat alles in het teken van de medemens. Dan steken Kees en Wilma zich in het nette pak en gaan op pad, maakt niet uit hoe laat het is. Kees: ‘In ons vak moet je je strikt aan de etiquette houden en we hebben onszelf een zwijgplicht opgelegd. Je komt bij allerlei mensen over de vloer en ik heb in de loop der jaren aardig leren inschatten hoe de situatie er in een bepaalde familie voorstaat. Ik merk altijd heel snel of de stemming binnen een familie harmonieus is of dat er onenigheden spelen. Dat komt in de beste families voor, niet waar? Als er wrijvingen zijn, fungeer ik dikwijls als katalysator en probeer ik de verschillende standpunten zo goed mogelijk naar elkaar te buigen. Sommige mensen zijn zo van slag dat ze zich op ons afreageren, dat komt een enkele keer voor. Ook met die mensen moet je voorzichtig omspringen; je weet dat het niet persoonlijk bedoeld is.’
Sommige sterfgevallen zijn ook voor Kees en Wilma aangrijpend. Wilma zegt: ‘Kinderen zijn het ergste. Ook sterfgevallen in jonge gezinnen waar vader of moeder wegvalt zijn heel triest.’ ‘Alle onverwachte sterfgevallen zijn schokkend voor de nabestaanden’ vervolgt Kees. ‘Zij blijven vaak achter met een intens verdriet, vooral ook omdat ze geen afscheid hebben kunnen nemen.’

Veeleisend
Uitvaartondernemer zijn is een veeleisend beroep. Je moet over een goed inschattingsvermogen beschikken en sociaal vaardig zijn. Je moet goed kunnen luisteren. Maar ook op een ander vlak eist het veel. Kees en Wilma hebben drie kinderen maar een ongestoord Sinterklaasfeest is niet te plannen, net zo min als Kerst en Oud en Nieuw. Het kan allemaal abrupt onderbroken worden. Menig verjaardag van de kinderen eindigt onafgemaakt. Het echtpaar is 24 uur per dag zeven dagen per week bereikbaar. Zomaar een dagje uit zit er niet in. Vorig jaar zijn ze voor het eerst in vijf jaar een week op vakantie geweest. Maar sinds kort heeft Kees een assistente dus nu kunnen ze af en toe eens op familiebezoek en voor van de zomer is er al ergens een huisje geboekt.

Een taak
Maar je hoort ze niet klagen, Kees en Wilma. Bij hun is affiniteit met het werk geen holle frase, dat wordt me al snel duidelijk. Ze praten met zoveel warmte over hun werk dat ik de menselijke aanpak onverkort aan ze toedicht. Ze zijn zich er sterk van bewust hoe kostbaar het leven is en ik geloof ze van harte als ze zeggen dat ze in korte tijd een band opbouwen met hun klanten. Je merkt aan alles dat ze wéten wat het betekent om een groot verlies te lijden: toen ze elkaar leerde kennen, waren ze zelf weduwe en weduwnaar. Dat heeft ze de bagage geleverd op basis waarvan ze zich oprecht weten open te stellen voor andermans verdriet.
Volgens Kees en Wilma heeft ieder mens een taak op aarde. Welnu, bij hun is die taak goed terecht gekomen.

Thea Ambagtsheer