Herinnering aan Margit Hegyi / Gré Berg 1916-1945

In het voorjaar van 1921 stond mijn vader Dirk Berg op het treinstation in Leiden te wachten op de aankomst van zijn pleegzoon. Toen de trein uit Boedapest arriveerde stapte daar een groep kinderen uit die naar ons land waren gehaald om bij Nederlandse families aan te sterken. Hongarije had enorm geleden onder de Eerste Wereldoorlog en veel kinderen hadden een oorlogstrauma en waren zwaar ondervoed. In Nederland trok het Centraal Comité voor Hongaarse Vacantiekinderen zich het lot van deze kinderen aan. Tussen 1920 en 1930 zorgde dit comité voor de opvang van 28.000 kinderen.

De pleegzoon die mijn vader verwachtte zat niet in de trein. Wel stond er een meisje moederziel alleen op het perron omdat haar pleegouders niet waren op komen dagen. Mijn vader besloot ter plekke om dit meisje met de naam Margit Hegyi mee te nemen naar ons huis in Zoeterwoude. Hij rekende erop dat mijn moeder vreemd zou opkijken als ze een dochter in plaats van een zoon zou zien verschijnen, maar hij ging er ook vanuit dat mijn moeder haar met open armen zou ontvangen. Dat gebeurde ook! Hegyi betekent berg in het Hongaars. Dus misschien had het wel zo moeten zijn dat Margit terecht kwam in het huis van de familie Berg aan de Zuidbuurtseweg in Zoeterwoude!

In het begin was het wennen. Mijn ouders en Gré (dat was haar Nederlandse naam) verstonden elkaar niet en begrepen elkaar ook niet altijd. Als mijn ouders gingen zitten om te eten ging Gré staan en als er gebeden werd sloeg ze haar armen over elkaar en dacht mijn moeder dat ze misschien boos was. Gelukkig kon Gré snel naar school en groeide ze op tot een vrolijk, sociaal en ondernemend kind.

Eigenlijk zou Gré tijdelijk in Nederland blijven maar al snel volgde een brief van haar tante uit Hongarije met de vraag of mijn ouders voor Gré wilden blijven zorgen. Haar moeder bleek overleden en haar vader was volgens tante een lichtzinnige man die het geld dat hij verdiende alleen maar uitgaf aan drank.

In 1928 kregen mijn ouders een bericht van het Hongaarse Comité met de boodschap dat Gré terug moest naar Hongarije omdat haar vader dat eiste. Zijn dochter was 12 jaar en waarschijnlijk vond hij dat ze oud genoeg was om geld voor hem te verdienen. Het treinkaartje Utrecht-Boedapest was als gekocht en de rekening à 15,- gulden door het comité bijgevoegd. Vader en moeder dachten er niet aan om hun kind te laten gaan. Ze hadden beloofd altijd goed voor haar te zorgen. Waarschijnlijk hebben mijn ouders het comité ervan kunnen overtuigen dat Gré geen goede toekomst zou krijgen bij haar vader en kon ze toen gelukkig in Nederland blijven.

Gré bleef lange tijd enig kind. In 1933 werd ik zelf geboren. Toen had ik dus een grote zus die al 17 jaar oud was! Gré zorgde heel goed voor mij en ik vond het heerlijk als zij haar vrienden mee naar huis nam. Later kregen mijn ouders nog drie kinderen: Theo, Clazien en Jan.

Tijdens de oorlog ontmoette Gré een aantal mensen uit het verzet. Deze groep zorgde onder andere voor de verspreiding van de Kroniek van de Week, een verzetskrant. Dit krantje heb ik zelf ook rondgebracht. Ik moest ze onder mijn jurk verstoppen en naar verschillende adressen brengen. Als er mensen thuis waren mocht ik de krant niet op tafel leggen en moest ik direct vertrekken. Toen ik besefte wat ik deed, durfde ik het niet meer te doen. Ik was te angstig.

Mijn zus had geen Nederlands paspoort. Zij moest stempels halen bij het gemeentehuis. Na de eerste oorlogsjaren werd dat een spannende gebeurtenis want de Duitsers vonden dat Hongaren terug moesten keren naar hun eigen land. Tot ’43 heeft Gré stempels gehaald. Daarna was de kans om opgepakt te worden te groot. Dat betekende wel dat ze altijd heel erg op haar hoede moest zijn, zeker als er razzia’s waren.

In mei ’45 kregen we het geweldige nieuws dat Nederland eindelijk bevrijd werd door de Canadezen. Ik weet nog goed dat het op donderdag? 10 mei prachtig weer was. Mijn moeder vroeg aan Gré of ze thee wilde komen drinken buiten in de tuin. Mijn zus zei dat ze geen tijd had omdat ze de vaat moest ophalen bij de gevangenen. Ze bedoelde de vrouwen die opgepakt waren omdat ze hadden geheuld met de Duitsers. Deze vrouwen werden gevangengehouden in de jongensschool aan de Schenkelweg. Voor de school hield een jongen van de Binnenlandse Strijdkrachten de wacht. Wat er toen precies gebeurd is, weet ik niet. Gré schijnt gevraagd te hebben hoe zijn geweer werkte en dat is toen per ongeluk afgegaan in haar buik. Wat een paniek! Er moest vervoer komen naar het ziekenhuis en mijn ouders moesten op de hoogte gebracht worden. Een priester die zij goed kende heeft haar in Zoeterwoude bediend en samen met dokter Kortman en mijn vader is Gré naar het Elizabeth Ziekenhuis in Leiden gebracht. Daar is ze twee uur geopereerd, maar het was helaas tevergeefs. Gré is 10 mei op 29-jarige leeftijd overleden.

Het verdriet van mijn ouders was immens. Ik heb mijn vader nog nooit zo hard zien huilen. Zelf dacht ik dat ik nooit meer blij zou kunnen zijn. Het contrast met de feestvierende buren was ook zo groot. Bij de buren kwam de buurman thuis van zijn dienst bij de Irenebrigade. De welkomstboog die de buren hadden gemaakt, hebben ze direct weggehaald toen ze het droevige nieuws over Gré hoorden.

Maandag 14 mei is Gré begraven op de begraafplaats aan de Zuidbuurtseweg in Zoeterwoude. Ik herinner me dat het tijdens haar uitvaart ontzettend druk was. Ze is met militaire eer begraven. Haar naam staat nog steeds samen met de namen van andere oorlogsslachtoffers op een gedenkplaat. Deze plaat hangt aan de muur van het gemeentehuis in Zoeterwoude.

Gré had in Hongarije nog een broer en een zus. Paul en Aranka heb ik pas begin jaren ’70 ontmoet. Eerder lukte niet vanwege de Russische bezetting in Hongarije. Paul was opgeklommen in de communistische partij en hij was verantwoordelijk voor het openbaar vervoer in Boedapest. Toen hij hoorde dat hij kanker had heeft hij zelfmoord gepleegd. Aranka is nog een paar keer in Nederland geweest.

Mijn lieve zus Gré draag ik altijd bij me. Ze heeft een plekje in mijn hart en ik draag altijd haar ketting met gouden kruis om mijn nek.

Als ik in de krant lees en op televisie de oorlog in Oekraïne zie, doet mij dat heel veel pijn. Ik voel het leed van deze mensen en ik kan en wil niet begrijpen dat mensen elkaar dit aandoen. Ik hoop dat het ooit lukt om in vrede met elkaar te leven.

Ik dank u voor het lezen van het verhaal over mijn zus Margit Hegyi, Gré Berg. Heel fijn om deze dierbare herinnering met u te delen.

Hartelijke groet, Corry Welp-Berg