Graven en dragen

Gerard Ham met de respectabele leeftijd van 87 houdt het voor gezien. “Ga, je met vervroegd pensioen?” wordt er gegrapt tijdens de koffie met wat lekkers in de pastorie. Er wordt vandaag afscheid genomen van Geert, die met de werkgroep die het kerkhof onderhoudt.

Geert is vanaf zijn 19e verbonden aan werkzaamheden in en rond de H. Laurentiuskerk in Stompwijk. Hij was gevraagd om in te vallen, toen een drager van de St. Barbara, zijn schoonmoeder ging begraven. En sindsdien is hij betrokken. Vanuit alle hoeken van de bebouwde kom heeft Gert zijn voetstappen naast de lijkwagen gezet. Werd er iemand van de bebouwde kom begraven, dan werd de wagen door de dragers opgewacht bij de Kniplaan, Hoge Brug, of Schoolbrug. Dan werd er stapvoets in gepaste kledij met hoge hoed naast de wagen gelopen. 1 man voor, 2 aan weerszijden en 1 achter de auto.

De graven werden met de hand gegraven, soms manshoog, dat was je echt in het zweet werken. Bij het graven en dragen kwam veel kracht te pas. Geert was zo sterk als een beer (hij heeft nog gevochten met de beer op de kermis!) en zijn kracht was van harte welkom. Nu wordt er gegraven met een klein kraanwagentje. En het dragen is meer rijden geworden op een special wagentje. Alleen het laten zakken wordt nog handmatig gedaan.

Hij weet nog dat er een gezette man het huis uit gedragen moest worden en dat ze dachten dat wel door het raam heen te kunnen doen. Het raam kon niet hoog genoeg open en bijna rechtstandig is hij door de smalle gang het huis uit gedragen, dat deden ze met zijn tweeën, meer ruimte was er niet. ‘Nooit zo blij geweest toen deze man in de wagen stond.’

De moeilijkste momenten waren natuurlijk de 4 slachtoffers van het busongeluk en later het begraven van zijn eigen dochter en de emotionele herinneringen hieraan toen hij later ook een jonge moeder moest begraven. Het valt hem nog zwaar om te vertellen, dat vergeet je immers nooit. 

Op het kerkhof liggen veel bekenden van Geert en dat kan niet anders, als je bijna heel Stompwijk hebt weggedragen! En waar je werkt, wil je het ook onderhouden. Er is nu een flinke kerkhofgroep, met zijn allen zetten ze hun schouders eronder. Ieder heeft zijn eigen hoekje. Elke 14 dagen wordt het onkruid gewied, geschoffeld en geveegd, dat is goed te doen. Voorheen was dit een keer per maand en dat was veel harder werken als het onkruid zo hoog staat. En altijd gezellig met elkaar koffie drinken, gezelligheid hoort erbij.

Ze krijgen nu ook veel complimenten dat het er zo verzorgd uit ziet.

Geert wordt wat strammer en heeft nog zijn eigen huis, tuin en erf om bij te houden. Hij vindt het wel goed zo. Hij blijft natuurlijk van harte welkom op de koffie, maar . . . . . verboden te schoffelen.

De complimenten zijn vandaag voor Gerard die 68 jaar zijn kracht aan de kerk heeft gegeven. Hij heeft zijn stoel in de hemel wel verdiend.

Petra Oliehoek– van Es